Droomdebuut van 19-jarige Nilis
DEURNE - Dat R Antwerp FC tegen landskampioen RSC Anderlecht een achtste competitienederlaag op rij zou kunnen ontlopen, was wel het laatste waarop men zaterdag in de Bosuil had durven hopen. Wie echter nog een sprankeltje optimisme over had tijdens wat beslist de donkerste periode is uit de geschiedenis van 's lands oudste club is, sprak na afloop van een erg ongelijk duel, de hoop uit dat voor de rood-witten de kelk nu tot de bodem geledigd is. Zorgt het Nederlandse duo Van Rooij-Van Aerle volgende week in Beveren voor een nieuw elan? De inbreng van de twee PSV-ers is alvast de laatste strohalm waaraan voorzitter Wauters en trainer Nollet zich kunnen vastklampen. Inmiddels konden Frans en Berry zaterdagavond vanop de tribune alleen maar machteloos toezien hoe hun nieuwe ploegmakkers door een niet eens superieur RSC Anderlecht in een kat en muis-spelletje werden meegesleept.
Betekent het voor gelijk welke tegenstrever een hele opluchting wanneer de Belgische landskampioen zijn koninginnestuk Lozano langs de kant moet laten, de inbreng van de Spanjaard was zaterdag niet eens nodig om de huidige waardeverhouding tussen de Great Old en het RSC Anderlecht van Haan pijnlijk aan de kaak te stellen. Wat wil je als de kwaliteit zo onevenwichtig verdeeld is tussen Brussel en Antwerpen? Waar een beklagenswaardig man als Leon Nollet nauwelijks elf volwaardige eersteklassers tussen de lijnen kan brengen, tovert zijn collega Haan meteen een grote, zeg maar de grootste Belgische voetbalbelofte uit zijn mouw. De jonge Limburgse aanwinst Luc Nilis kreeg voor deze gelegenheid immers de voorkeur op Kabongo en Swinnen, al enkele weken de vaste bankzitters bij RSC Anderlecht.
De gewezen Winterslagspeler maakte meteen een schitterend debuut in 's lands hoogste afdeling. Een entree, zoals die alleen voor kinderen van de voetbalgoden is weggelegd. Minder dan drie minuten stond de 19-jarige op het terrein, of hij had de bal al een eerste keer achter een machteloze Nicky Schippers tegen de touwen geprikt. Nadat hij in de tweede minuut van de tweede periode het tweede Anderlechtdoelpunt op de voet van Gudjohnson had getoverd, nam hij zelf enkele minuten later nummer drie voor zijn rekening. Het heeft echt niet veel gescheeld of hij had zijn eerste optreden in competitie met een heuse hattrick bekroond. De derde poging van de Limburger strandde in het zijnet. Een doelpunt in de aanvangsfase van elke speelhelft dus. Uitgelezen ogenblikken om een tegenstrever tegelijk adem en benen af te snijden.
Zo voelde R.A.F.C. het in elk geval aan. Marc Van der Linden en co mochten van geluk spreken dat de Brusselaars voor rust nooit plankgas gaven, zodat de thuisploeg onverwacht de gelegenheid kreeg om af en toe ook eens de neus aan het venter te steken. Dat deden de rood-witten via Ronny Prins en Harry Cnops, die even voorbij het half uur de kans op de gelijkmaker in de armen van Munaron plaatste. Terwijl Nilis zich zonder de minste moeite schitterend in het spel van de Brusselaars integreerde, liep er echter ook bij R.A.F.C. een raspaardje in de wei. Cisse Severeyns, een goudvis in troebel rood-wit voetbalwater, slaagde er met zijn aangeboren lef en behendigheid in zijn dooie eentje in een gereputeerde tandem als Demol-Van Tiggelen aan de klap te houden en soms zelfs in verlegenheid te brengen.
Wat de Belgische internationaal zelfs geel opleverde, toen hij niet anders kon dan de doorgebroken Cisse Severeyns voor de rechthoek zwaar in de rug te lopen. Neen, dit was niet het dagje van Demol, die diep in de tweede periode nog eens in de fout ging, balverlies leed en moest toezien hoe Cisse Severeyns voor zijn ploeg het eerreddend — want zo heet dat — doelpunt voorbij Munaron mocht jagen. Eerreddend, omdat op dat ogenblik een 0-4 op het scorebord stond. Na de herneming had RSC Anderlecht het tempo opgevoerd. Na de goals van Gudjohnson en Nilis kreeg ook Scifo zijn verdiende beloning toen hij de thuisverdediging op een hoopje dribbelde. Wat het geworden was als RSC Anderlecht had doorgespeeld?
Het is beter daar niet aan te denken. Zelfs in deze omstandigheden behaalde RSC Anderlecht zijn makkelijkste uitzege van het seizoen, terwijl R.A.F.C., dat is duidelijk, het zelfs met Nederlandse impulsen moeilijk zal krijgen om zich te herpakken (Luk Luyten - GvA - 17/11/1986).
Debutant Nilis laat R Antwerp FC spartelen
DEURNE — R Antwerp FC trok in het tussenseizoen een handvol eersteklassers aan, RSC Anderlecht een tweedeklasser die meer kostte dan al die brave jongens van rood-wit samen. Het verschil kwam zaterdagavond aan het licht. Debutant Nilis scoorde aan het begin van iedere speelhelft, legde Gudjohnson een derde goal op de schoentip en liet de thuisploeg negentig minuten spartelen. Zelden was het verschil tussen twee eersteklassers zo groot als zaterdag op de Bosuil. Natuurlijk is RSC Anderlecht een club die nationaal iedereen overvleugeld heeft, maar zelfs vorig seizoen nog beet paars-wit zich de tanden stuk op een defensief en taai R.A.F.C. Zelfs een dergelijke tactiek zat er dit keer niet in. De Great Old straalde slechts onmacht en wanhoop uit.
Is dat de schuld van de spelers? Nee, de meeste jongens liepen zich te barsten, maar beschikken nu over beperkte voetbaltechnische kwaliteiten. Is het de schuld van de trainer? Nee, Leon Nollet blijft moedig tegen de stroom oproeien en moet zelfs tolereren dat hij bij zijn selectiewerk op de vingers gekeken wordt. De afgang (acht nederlagen op rij) van de oudste klub van het land is te wijten aan een compleet falend transferbeleid. Wie te veel afbouwt, neemt het risico dat het gebouw instort. Dat is op de Bosuil aan het gebeuren. R.A.F.C. heeft in het tussenseizoen met Wildschut, Deferm en Ipermans haar basis, haar organisatie laten vertrekken. Zij werden vervangen, maar de nieuwkomers beschikken noch over de klasse noch over de routine om een volwaardig team op de been te brengen.
Om de missers van mei te corrigeren, passeerde een eindeloze stoet derderangs buitenlanders de revue. Geen van hen werd zaterdag goed genoeg bevonden om aan de aftrap te verschijnen. De nieuwe lichting vreemdelingen (er zijn twee PSV-ers en een Bulgaar op komst) heeft wel niveau. De Bosuil kan slechts de hoop koesteren dat ze snel geïntegreerd geraken. R.A.F.C. moet half november beginnen met de vorming van een team en dit met een achterstand van drie lengtes op nummer zestien. Hoe breed de kloof met een topper als RSC Anderlecht intussen geworden is, valt nog nauwelijks te becijferen. Sporting moest Lozano, haar beste speler van de voorbije weken, missen maar dat viel niemand op. Zijn vervanger, de 19-jarige Nilis, nam na nauwelijks twee minuten een aangeven van Vercauteren mee en trof via de binnenkant van de paal raak.
Van dan af werd nog slechts een oefenpartij afgewerkt. Bij R.A.F.C. kon enkele Cisse Severeyns af en toe iets tegen doen, met als gevolg dat de bezoekers deden waar ze zin in hadden. Kort na de rust draaide Nilis zich vrij en zette Gudjohnson op weg naar een gemakkelijke goal. Even later haalde de jonge Limburger met opvallend gemak opnieuw succesrijk uit nadat een vrije trap van Vercauteren slordig was afgeweerd. Nilis, Gudjohnson en Scifo voerden nummertjes op, de Rode Duivel zorgde voor een vierde treffer. Cisse Severeyns bracht R.A.F.C. schuchter op het scorebord. Genoeg fraais dus om het publiek tevreden te stellen, ook al verminderde de concentratie bij de superieure bezoekers zienderogen.
De meeste toeschouwers waren teleurgesteld. Geen spanning, geen echte wedstrijd en daar gaat het toch hoofdzakelijk om. Als de verantwoordelijken hieruit niet de noodzakelijke consequenties trekken, dreigt ons eersteklasse voetbal diep weg te zakken (François Colin - bron: onbekend - 17/11/1986).
Yves Vanderveeren opnieuw out
Het was van eind september geleden dat Yves Vanderveeren nog eens aan de start verscheen. Zijn heroptreden was, net als dat van Pascal Plovie, matig te noemen. Tijdens de rust vroeg Yves Vanderveeren om in de kleedkamer te mogen blijven. Het liep immers niet zo best met zijn voet. Op aandringen van trainer Leon Nollet deed hij toch nog een poging. De ingepakte enkel hield het niet en al na vijf minuten mocht Jules Mandiangu inkomen. Thierry Pister, drie weken zonder training, bleef 50 minuten op het terrein. Naar het einde toe had hij wel last van krampen. "Ik kan weer op Thierry Pister rekenen", aldus de Antwerptrainer. "Dat is het meest positieve van de avond (R.V. - GvA - 17/11/1986)."
Door het oog van Bob (11)
De bal is rond en elke wedstrijd moet gespeeld worden, bekende voetbalcliché's, maar wie durfde in alle eerlijkheid R Antwerp FC ook maar een schijntje kans op puntengewin geven tegen het sterk draaiende RSC Anderlecht?
De enkelingen die toch enige illusie koesterden, werden in ieder geval vlug ontnuchterd. Na amper drie minuten stonden de rood-witten op achterstand. Nilis, vervanger van de gekwetste Lozano, liet Nicky Schippers met een geplaatste bal juist naast de paal kansloos (0-1). RSC Anderlecht liet vervolgens een moedig, maar erg beperkt R Antwerp FC komen.
Zelfs de kleine 0-1 voorsprong bij de rust leek voor de kampioenen al voldoende om tijdens de tweede helft het zaakje vlug af te maken. Dit geschiedde in de vorm van drie doelpunten binnen het kwartier, langs Gudjohnson (op voorzet van Nilis), Nilis en Scifo (0-4). Arie Haan en RSC Anderlecht vonden het welletjes. Het laatste halfuur kregen de Antwerpjongens gelegenheid iets meer in de wedstrijd te komen, uitgedrukt in het eerreddende doelpunt langs Francis Severeyns (1-4).
Hopelijk maken de twee Nederlandse messiassen Frans Van Rooij en Berry Van Aerle een spoedig einde aan de voortdurende reeks nederlagen (Antwerp Clubblad-9 - 25/01/1987)!
|